In Noorwegen delen chauffeurs en fietsers vaak de weg en voor hen gelden dus dezelfde verkeersregels. Lees meer over veiligheid op de fiets.
Met de auto
Op je eigen ritme Noorwegen ontdekken doe je het beste met de auto. Soms kunnen de omstandigheden best hard zijn, zeker in de winter. Steek je bergen over of leg je lange afstanden af op kleinere wegen, zorg dan zeker voor warme kleren, eten en water in de auto. Houd er rekening mee dat er minder tankstations in de bergen en in andere afgelegen gebieden zijn, vooral in Noord-Noorwegen.
Snelheidslimiet
In het algemeen bedraagt de maximumsnelheid in Noorwegen 80 kilometer per uur, behalve in bebouwde gebieden of dorps- of stadscentra. Daar rijd je maximum 50 kilometer per uur, tenzij het anders staat aangegeven. Dit kan tot 30 kilometer per uur zijn in residentiële gebieden en 100 kilometer per uur op bepaalde tweestrookswegen en autosnelwegen. Natuurlijk vragen bepaalde omstandigheden om een lagere snelheid, bijvoorbeeld bij lage zichtbaarheid of gladde wegen.
Zware voertuigen (meer dan 3,5 ton) en auto’s met caravans mogen niet sneller dan 80 kilometer per uur rijden, ongeacht de snelheidslimiet. Voor campers die minder dan 7,5 ton wegen geldt deze regel niet. Voor hen zijn de aangegeven snelheidsbeperkingen van toepassing, net als voor andere voertuigen. Is de caravan of aanhangwagen niet uitgerust met remmen, dan bedraagt de maximumsnelheid 60 kilometer per uur.
Banden
Het moet helemaal niet koud zijn om gladde wegen te hebben en versleten banden zijn echt gevaarlijk, zelfs op droge wegen. Om in Noorwegen te mogen rijden moeten de zomerbanden groeven van minstens 1,6 millimeter diep hebben. Voor winterbanden geldt een diepte van drie millimeter voor de groeven. In de winter ben je verplicht met winterbanden te rijden, of met spijkerbanden.
Het gebruik van spijkerbanden is toegestaan van 1 november tot de eerste zondag na Pasen. In de provincies Nordland, Troms en Finnmark zijn spijkerbanden toegelaten van 15 oktober tot 1 mei. Buiten deze periode mogen deze banden ook gebruikt worden, als het weer en de omstandigheden op de weg hierom vragen.
Zijn de spijkerbanden gemonteerd aan een auto die minder dan 3,5 ton weegt, dan moet op alle vier wielen een spijkerband liggen. Voertuigen met een totaal toegestaan gewicht van 3,5 ton of meer zijn verplicht sneeuwkettingen bij te hebben wanneer er ijs of sneeuw verwacht wordt. Deze sneeuwkettingen moeten rond de wielen van het voertuig passen. Je kunt dergelijke kettingen kopen tegen redelijke prijzen. Spijkerbanden kun je huren.
In Trondheim en Oslo mag je alleen tegen betaling met spijkerbanden rijden, om de vervuiling door deze banden tegen te gaan.
Rustig in de remmen
Je remmen kunnen oververhit raken bij lange afdalingen. Om dit te vermijden rijd je best met een lage versnelling. Remmen vergt dan minder kracht en zo blijven je remmen koel. Rijd je de helling op, houd dan goed de temperatuurmeter in de gaten zodat je motor niet oververhit raakt.
Bergpassen
Onthoud dat de weersomstandigheden ervoor kunnen zorgen dat bergpassen gesloten zijn, vooral bij hevige sneeuwval en sterke wind. Op bepaalde hoger gelegen bergpassen kan er zelfs sneeuw of vorst zijn wanneer het in de lager gelegen gebieden volop zomer is, vooral in april of begin mei, en eind september en oktober.
Altijd je dimlichten voeren
Dimlichten moet je altijd voeren, zelfs op een prachtige zomerdag. Dit geldt ook voor bromfietsen en motorfietsen. Als je stuur aan de rechterkant zit, moet je zwarte driehoeken aan je koplampen aanbrengen om de andere bestuurders niet te verblinden.
Veiligheidsgordels en kinderzitje
Veiligheidsgordels zijn verplicht voor zowel bestuurder als passagiers. Kinderen die lichter zijn dan 35 kilo of kleiner zijn dan 135 centimeter, moeten verplicht in een kinderzitje zitten.
Niet drinken en rijden - alcoholgrens
Drinken en rijden gaan niet samen, en zeker niet in Noorwegen. Alcoholwetten zijn erg strikt en de straffen voor rijden onder invloed zijn streng. De wettelijke limiet bedraagt 0,2 promille alcohol in je bloed en geldt voor alle bestuurders van gemotoriseerde voertuigen. Medicatie die je moet vermijden als je wilt autorijden wordt aangegeven met een rode driehoek.
Niet bellen terwijl je rijdt
Een mobieltje draagt zeker bij aan je veiligheid, zolang je het maar niet met je handen bedient terwijl je aan het rijden bent. Dit is namelijk een overtreding en kan je behoorlijk wat problemen opleveren, ook al veroorzaak je geen ongeval.
Bij een ongeval
In het geval van autopech of een ongeval moeten alle voertuigen over ten minste één fluovest, een gevaardriehoek en een aansprakelijkheidsverzekering beschikken.
Op bergwegen en in tunnels zijn er noodtelefoons. Voor technische bijstand, 24 uur op 24, kun je terecht bij de drie grootste pechhulpverleners in Noorwegen:
NAF: (+47) 23 21 31 00
Falck: (+47) 02 222
Viking: (+47) 06 000
Reizen met de auto
Alles wat je moet weten over autorijden in Noorwegen, van informatie over benzinestations en hoe je elektrische auto moet opladen, tot panoramische routes en informatie over tolwegen.
Profiteer van deze topaanbiedingen
Neem een kijkje bij onze sponsors die er alles aan doen om je een goede reis te bezorgen.