Van oude petrogliefen tot machtige fjordenlandschappen en vroeg-industriële sites Acht Noorse monumenten en regio's zijn opgenomen op de Werelderfgoedlijst van UNESCO, de lijst met de belangrijkste natuur- en culturele sites ter wereld.
Een belangrijke functie van UNESCO (de Organisatie der Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur) is het behoud van natuur en gebouwen die niet alleen een grote rol hebben gespeeld in de geschiedenis van de mens, maar die ook als onvervangbaar gezien worden.
De selectie is gebaseerd op tien criteria die variëren van innovatie en historisch belang tot unieke natuur.
Deze werelderfgoedsites vind je over de hele wereld. Op dit moment zijn er meer dan 1.000 en variëren ze van iconische, door de mens gemaakte constructies zoals de Chinese Muur of het Sydney Opera House en de piramides in Egypte, tot gigantische nationale parken, historische nederzettingen en verschillende culturele en natuurlandschappen.
In 1979 werd Bryggen in Bergen als eerste Noorse site op genomen op de Werelderfgoedlijst. De industriële erfgoedsite Rjukan–Notodden werd in 2015 aan de lijst van UNESCO toegevoegd.
Hier vind je acht natuur- en culturele wonderen die vandaag op de lijst staan.
Bryggen in Bergen
De kaai met prachtige houten gebouwen die uitkijken op de Vågen-baai blijft tot op de dag van vandaag één van de centrale ontmoetingsplaatsen van Bergen. Deze plek gaat terug tot 1070, toen de stad gesticht werd door Koning Olaf III, ook wel Olav Kyrre genoemd. Rond 1200 werd Bergen een economisch en administratief knooppunt in Noorwegen en Bryggen werd hoe langer hoe meer een handelscentrum.
Van het midden van de 14e eeuw tot het midden van de 18e eeuw was Bryggen het hoofdkwartier van de Hanze, een handelssamenwerkingsverband waar onder andere Duitsland en Noorwegen goederen uitwisselden, zoals stokvis, zout, bier, juwelen en granen. Dit was ook een vruchtbare periode voor culturele uitwisseling, en heel wat Duitse woorden en uitdrukkingen werden door de bewoners van de stad in het westen overgenomen.
De regio heeft in de loop van de geschiedenis een aantal grote branden te verduren gekregen. De laatste was in 1955. Maar sinds 1927 werd Bryggen lokaal beschermd. Nog steeds voel je de historische sfeer wanneer je langs de licht scheve gebouwen loopt. In 1979 werd Bryggen in Bergen de eerste Noorse site die werd opgenomen op de Werelderfgoedlijst van UNESCO.
De staafkerk in Urnes
De staafkerken behoren tot de oudste, nog intacte kerkconstructies ter wereld. De meeste staan in Noorwegen. In de middeleeuwen waren er tussen de 1.000 en 2.000 over het hele land. Vandaag blijven er nog maar 28 over. De oudste van al deze is waarschijnlijk de staafkerk in Urnes in de regio Sognefjord. Experten geloven dat deze de vierde kerk was die op die plek in 1140 werd gebouwd.
De kerk werd gebouwd in Romaanse stijl en is niet alleen uitzonderlijk omwille van zijn ouderdom, maar ook voor het prachtige houtsnijwerk en de goede staat waarin hij verkeert. De staven die de structuur dragen zijn rijkelijk versierd en de gravures vertonen motieven als kruisbeelden, mythologische figuren en afbeeldingen van planten.
De staafkerk van Urnes is elke dag open voor het publiek en met groepen kun je reserveren voor een begeleide rondleiding. De kerk is sinds 1881 eigendom van de nationale trust van Noorwegen en werd in 1980 aan de Werelderfgoedlijst van UNESCO toegevoegd.
De mijnstad Røros en de ’Circumferens’
In 1980 werd het mijnstadje Røros opgenomen op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. 333 jaar mijnbouw en stadslandbouw leverde op de bergvlaktes een compleet unieke stad.
De mijnstad heeft veel van zijn originele karakter kunnen behouden dankzij het stratenplan van 17e eeuw en de houten huizen uit de 18e en 19e eeuw. De natuur in de regio is heel mooi en ongerept. Er zijn oude boomstammen waarmee je tussen de meren kunt peddelen.
In 2010 werd de Werelderfgoedsite uitgebreid met de omringende regio, de zogenaamde ’Circumferens’. De basis hiervoor was de belangrijke getuigenis die de ’Circumferens’ ons biedt over hoe de mijnoperaties gebeurden en hoe de inwoners zich aanpasten aan het bergachtige terrein, de plaatselijke natuur en het koude klimaat.
Rotskunst in Alta
Van de door mensen gemaakte Werelderfgoedsites in Noorwegen vind je de oudste in het noordelijkst gelegen deel van het land. Hoe oud de petrogliefen en rotsschilderingen in Alta in Finnmark precies zijn, is een discussiepunt voor wetenschappers. Hun leeftijd wordt geschat op 4.000 tot 6.000 jaar oud en zijn de belangrijkste artefacten van de vroege ’jager-verzamelaar’-periode in het hoge noorden die tot op vandaag ontdekt zijn.
De rotstekeningen bestaan uit meer dan 6.000 gravures en 50 rotsschilderingen. De motieven variëren van afbeeldingen van dieren en mensen, tot religieuze afbeeldingen en geometrische figuren. De meeste petrogliefen kun je vinden in Hjemmeluft, waar je dankzij wandelpaden en gidsen gemakkelijk kunt binnenwandelen in deze unieke periode van het leven in het noorden.
Hoe omvangrijk deze petrogliefen wel niet zijn, werd pas in 1973 ontdekt. 12 jaar later, in 1985 werden ze opgenomen op de lijst van UNESCO, omschreven als ’een uitzonderlijke getuigenis’ van ’een hoge artistieke kwaliteit’.
Vegaøyan – De Vega-eilandengroep
6.500 grote en kleine eilanden en riffen langs de kust van Helgeland. Dit zijn de Vega-eilanden die in 2004 werden opgenomen op de UNESCO Werelderfgoedlijst. In deze regio werd de basis gelegd voor de moderne zeenatie, want de eerste nederzettingen dateren van meer dan 10.000 jaar geleden. Om te overleven moesten de mensen vindingrijk zijn.
Toen deze vissersgemeenschap in Noord-Noorwegen werd benoemd tot erfgoedsite, verklaarde UNESCO: ’De eilanden getuigen van een kenmerkende, sobere levenswijze in een onherbergzame omgeving. De basis hiervoor is de visvangst en de oogst dons van eindereenden oogsten. De Vega-eilandengroep weerspiegelt de manier waarop vissers en boeren de voorbije 1.500 jaar een duurzame levenswijze hebben onderhouden, en ook hoe vrouwen door de oogst van eidereenddons hier een bijdrage leverden.
In de moderne tijd kreeg de eilandengroep het certificaat Duurzame bestemming en de Britse krant The Guardian nam de Vega-eilanden op in hun lijst van 20 onontdekte parels in de wereld. Het krioelt er ook van de dieren, waaronder meer dan 230 verschillende vogelsoorten.
De Geodetische boog van Struve
De Geodetische boog van Struve is een internationaal project dat in 1845 werd opgezet door de Duitse astronoom Friedrich Georg Willhelm von Struve. Hij wilde de vorm en omvang van de aarde in beeld brengen door de afstand te meten van Hammerfest in Noorwegen tot aan de Zwarte Zee. Er werden een aantal meetpunten geplaatst langs deze afstand van bijna 3.000 kilometer die Noorwegen, Zweden en Rusland doorkruist.
In Noorwegen kun je op vier plaatsen geodetische punten van Struve vinden. Meridianstøtten op Fuglenes in Hammerfest en de bergtoppen Lille-Raipas/Unna Ráipásaš in Alta, Luvddiidčohkka (Lodiken) in Kautokeino en Bealjášvárri/Muvravárri, ook in Kautokeino. De Meridianstøtten is bijzonder populaire, unieke bezienswaardigheid en is daarnaast ook het noordelijkst gelegen van alle meetpunten.
Het project duurde bijna 40 jaar en was het eerste internationale project waaraan Noorwegen als natie deelnam. De Noorse meetpunten zijn sinds 2005 opgenomen op de Werelderfgoedlijst, samen met nog 32 andere in andere landen.
West-Noorse fjorden – Geirangerfjord and Nærøyfjord
De enige Noorse UNESCO-sites die alleen op natuurlijke criteria gebaseerd zijn, zijn het Geirangerfjord en het Nærøyfjord in Fjord-Noorwegen. Ze zijn allebei indrukwekkende voorbeelden van het unieke fjordenlandschap en worden door de organisatie geroemd voor hun 'uitzonderlijke natuurlijke schoonheid’.
Naast de adembenemende natuur waar gletsjers en watervallen langs prachtige bergen lopen en uitkomen in glinsterende fjorden, geeft ook het culturele landschap (in de vorm van oude boerderijen en schuren) een extra dimensie aan de regio. Bij het Norwegian Fjordsenter in Geiranger kun je je laten onderdompelen in de wereld van de fjorden dankzij tentoonstellingen die gaan over geologie, geschiedenis, biologie en milieu.
De fjorden werden in 2005 op de lijst van UNESCO opgenomen.
De industriële erfgoedsite Rjukan–Notodden
De industriesteden Rjukan en Notodden zijn de recentste toevoegingen aan de lijst van Werelderfgoedsites. Ze werden in 2015 op de UNESCO-lijst opgenomen en de Noorse kroonprins Haakon woonde de officiële ceremonie bij in 2018.
In dit deel van Telemark begon dit pionierswerk aan het begin van de 20e eeuw, toen de overgang van kool naar hydro-elektrische industriële energie een belangrijk deel speelde in de zogenoemde ’tweede industriële revolutie in Noord-Europa.
Dammen, tunnels, elektriciteitscentrales, spoorwegen en ferry’s zijn overblijfselen van een industrieel avontuur dat zich afspeelde in de indrukwekkende Noorse natuur.
De grootste elektriciteitscentrales van die tijd werden gebouwd in de afgelegen Vestfjorddalen-vallei ten westen van Rjukan. Het transportsysteem dat hier ontstond heeft ook bijgedragen aan de internationale standaard voor elektrische spoorwegoperaties.
Traditionele muziek en dans in Setesdal
Slechts 50 kilometer ten noorden van Kristiansand in Zuid-Noorwegen ligt de weelderige, groene Setesdal-vallei. De regio is bekend voor het behoud van oude gewoontes en tradities. De folkmuziek en -dansen maken deel uit van de UNESCO-lijst van het immaterieel cultureel erfgoed van de mensheid.
Hier maken traditionele dans en muziek deel uit van het alledaagse leven en wordt deze traditie nog van de ene op de andere generatie overgedragen. De vaakst voorkomende instrumenten zijn de Hardangerviool en de mondharp waar ze vaak dansdeuntjes mee spelen. Traditionele zangtechnieken zijn kveding en stevjing. Die laatste is een poëzievorm van vier lijnen die vaak door twee of meer zangers gebracht worden, vaak in vraag-en-antwoordvorm.
In het Setesdal Museum in Rysstad kom je meer te weten over de rijke culturele traditie van Setesdal.
Zomerlandbouw in de bergen
Op de UNESCO lijst van immaterieel cultureel erfgoed
De cultuur van seterdrift, de zomerlandbouw in de bergen, staat op de UNESCO lijst van immaterieel cultureel erfgoed. Deze traditie, waarbij de boeren hun vee naar de bergen verplaatsen zodat ze vrijer kunnen grazen, heeft lange wortels in de Noorse geschiedenis. Gedurende de zomer wonen de boeren in kleine houten hutten in de bergen, die seter worden genoemd, en leven van verschillende traditionele etenswaren.
Deze traditie dreigt nu volledig te verdwijnen. Gelukkig zijn er momenteel initiatieven om de voedseltradities, expertise, kennis, gebouwen, landschappen, verhalen, biologische diversiteit en de unieke sfeer die je alleen op een seter kunt beleven, te behouden.
UNESCO Global Geoparks in Noorwegen
Profiteer van deze topaanbiedingen
Neem een kijkje bij onze sponsors die er alles aan doen om je een goede reis te bezorgen.